De binnenlandse verkoop van een bepaalde productsoort werd als voldoende representatief beschouwd wanneer van die soort in het OT op de binnenlandse markt aan onafhankelijke afnemers een hoeveelheid was verkocht die ongeveer 5 % bedroeg van de totale voor uitvoer naar de Unie verkochte hoeveelheid van de vergelijkbare productsoort.
Die Inlandsverkäufe eines bestimmten Warentyps wurden als hinreichend repräsentativ betrachtet, wenn die im UZ auf dem Inlandsmarkt an unabhängige Abnehmer verkaufte Menge dieses Warentyps rund 5 % der zur Ausfuhr in die Union verkauften Gesamtmenge des vergleichbaren Warentyps entsprach.