30. is van mening dat de strijd tegen de armoede moet zijn gegrondvest op de erkenning van het recht van elk land of regio op een autonome voedselvoorziening, alsmede op het recht om langs democratische weg zijn eigen beleid, prioriteiten en strategieën te bepalen ter bescherming van het levensonderhoud en van de sociale, economische en culturele rechten van haar bevolking, en dat deze beginselen moeten prevaleren boven de liberalisering van de handel, deregulering en privatisering;
30. vertritt die Auffassung, dass die Bekämpfung der Armut auf der Anerkennung des Rechts eines Landes oder einer Region auf Nahrungsmittelhoheit und des Rechts auf eigenständige und demokratische Bestimmung der politischen Ziele, Prioritäten und Strategien zur Wahrung der Existenzgrundlagen sowie der gesellschaftlichen, wirtschaftlichen und kulturellen Rechte seiner Bevölkerung basieren muss, ist der Ansicht, dass diese Grundsätze gegenüber der Handelsliberalisierung, Deregulierung und Privatisierung Vorrang genießen;