Wanneer de opzegging uitgaat va
n een werkgever die niet onder het toepassingsgebied valt van de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, wordt, in afwijking van het tweede en het derde lid, de opzeggingstermijn
vastgesteld op : 1° vijfendertig dage
n wat de werklieden betreft die tussen zes maand
en en minder dan vijf jaar ...[+++] anciënnitei
t in de onderneming tellen; 2° tweeënveertig dagen wat de wer
klieden betreft die tussen vijf en minder dan tien jaar anciënniteit in de onderneming tellen; 3° zesenvijftig dagen wat de werklieden betreft die tussen tien en minder dan vijf
tien jaar anciënniteit in de onderneming tellen; 4° vierentachtig dagen wat de werklieden betreft die tussen vijftien en minder dan twintig
jaar anciënnitei
t in de onderneming tellen; 5° honderd en twaalf dagen wat de werklieden betreft die twintig of meer
jaar anciënnitei
t in de onderneming tellen ».
Wird die Kündigung von einem Arbeitgeber ausgesprochen, auf den das Gesetz vom 5. Dezember 1968 über die kollektiven Arbeitsabkommen und die paritätischen Kommissio
nen keine Anwendung findet, wird die Kündigungsfrist in Abweichung von den Absätzen 2 und 3 wie folgt festgelegt: 1. fünfunddreißig Tage für die Arbeiter mit einem Dienstalter im Unternehmen von sechs Monaten bis unter fünf Jahren, 2. zweiundvierzig Tage für die Arbeiter mit einem Dienstalter im Unternehmen von fü
nf Jahren bis unter zehn Jahren, 3. sechsund ...[+++]fünfzig Tage für die Arbeiter mit einem Dienstalter im Unternehmen von zehn Jahren bis unter fünfzehn Jahren, 4. vierundachtzig Tage für die Arbeiter mit einem Dienstalter im Unternehmen von fünfzehn Jahren bis unter zwanzig Jahren, 5. hundertzwölf Tage für die Arbeiter mit einem Dienstalter im Unternehmen von zwanzig Jahren oder mehr ».