2. De in artikel 6, lid 1, derde alinea, artikel 7, lid 2, artikel 8, lid 2, artikel 9, lid 2, artikel 11, de leden 1 en 3, en de artikelen 19
en 30 bis bedoelde bevoegdheid om gedelegeerde handeling
en vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend voor een periode van vijf jaar met ingang van [datum van inwerkingtreding van deze wijzigingsverordening in te voegen door OPOCE]. Uiterlijk negen maanden vóór het verstrijken van de periode van vijf jaar stelt de Commissie een
verslag op over de ...[+++]gedelegeerde bevoegdheid.