Bij de vaststelling, destijds, dat de stijgende winsten van de farmaceutische ondernemingen worden bevorderd door het stelsel van de ziekte- en invaliditeitsverzekering, terwijl de uitgaven van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering (RIZIV) blijven toenemen (Parl. St., Senaat, 1997-1998, nr. 1-814/3, p. 66), vermocht de wetgever van oordeel te zijn dat de juridische grondslag van de heffingen diende te worden verstevigd.
Nachdem der Gesetzgeber damals festgestellt hatte, dass die steigenden Gewinne der pharmazeutischen Unternehmen durch das System der Kranken- und Invalidenversicherung begünstigt werden, während die Ausgaben des LIKIV unaufhaltsam ansteigen (Parl. Dok., Senat, 1997-1998, Nr. 1-814/3, S. 66), konnte er den Standpunkt vertreten, dass es angebracht war, die Rechtsgrundlage der Beiträge zu verstärken.