Volgens de verzoekende partijen zou een planbatenheffing verschuldigd zijn « indien men in een woonzone, bedrijfszone, een zone voor recreatie of een zone voor recreatief wonen gelegd wordt [.] en een vergunning in deze zones bekomt voor het herbouwen na brand of vernieling van een garage, brug, landgebouw of atelier, voor het heropbouwen op een gewijzigde plaats van [zulke constructies] en voor het uitbreiden van [zulke constructies] » (verzoekschrift, p. 4).
Nach Darlegung der klagenden Parteien sei eine Abgabe auf Gewinne aus der Raumplanung zu zahlen, « wenn man in einem Wohngebiet, einem Gewerbegebiet, einem Erholungsgebiet oder einem Erholungs- und Wohngebiet eingeordnet wird [.] und in diesen Gebieten eine Genehmigung zum Wiederaufbau nach einem Brand oder der Zerstörung einer Garage, einer Brücke, eines landwirtschaftlichen Gebäudes oder einer Werkstatt, zum Wiederaufbau [solcher Bauwerke] an einem anderen Ort sowie zur Erweiterung [solcher Bauwerke] erhält » (Klageschrift, S. 4).
