De Ministerraad voert aan dat de prejudiciële vraag n
iet ontvankelijk is omdat een oordeel van het Hof over artikel 37quinquies, § 1, van het Strafwetboek niet zou kunn
en bijdragen tot de oplossing van het bodemgesch
il, aangezien er te dezen geen sprake zou zijn van enige uitvoering van een werkstraf in de zin van de in het geding zijnde bepaling, maar van de uitvoering van een dienstverlening overeenkomstig artikel 216ter van het Wetboek van strafvord
...[+++]ering.
Der Ministerrat führt an, dass die präjudizielle Frage nicht zulässig sei, weil ein Urteil des Hofes über Artikel 37quinquies § 1 des Strafgesetzbuches nicht zur Lösung des Streitfalls im Hauptverfahren beitragen könne, da im vorliegenden Fall nicht von der Ableistung einer Arbeitsstrafe im Sinne der fraglichen Bestimmung die Rede sei, sondern von der Ableistung einer gemeinnützigen Arbeit gemäss Artikel 216ter des Strafprozessgesetzbuches.