Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "doen op enige andere gunstigere bepaling " (Nederlands → Duits) :

« Schendt artikel 34, laatste lid, van de gecoördineerde wetten van 3 juni 1970 betreffende de preventie van de beroepsziekten en de vergoeding van de schade die uit die ziekten voortvloeit de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, inzoverre het de slachtoffers van een beroepsziekte uit de privé-sector, wier vergoeding voor tijdelijke arbeidsongeschiktheid ingevolge beroepsziekte nooit langer kan terugwerken dan driehonderd vijfenzestig dagen voor de datum van indienen van de aanvraag, en de slachtoffers van een beroepsziekte in de openbare sector, ten aanzien van wie een dergelijke beperking slechts geldt voor zover zij ingevolge hun statuut of arbeidsovereenkomst geen beroep kunnen d ...[+++] of maatregel, verschillend behandelt ?

« Verstösst Artikel 34 letzter Absatz der am 3. Juni 1970 koordinierten Gesetze über die Vorbeugung von und die Entschädigung für Berufskrankheiten gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insoweit er die Opfer einer Berufskrankheit im Privatsektor, deren Entschädigung für zeitweilige Arbeitsunfähigkeit infolge einer Berufskrankheit nie früher als 365 Tage vor dem Datum der Antragstellung einsetzen kann, und die Opfer einer Berufskrankheit im öffentlichen Sektor, für die eine solche Einschränkung nur insofern gilt, als sie aufgrund ihres Statuts oder Arbeitsvertr ...[+++]


« Schendt artikel 34, laatste lid, van de gecoördineerde wetten van 3 juni 1970 betreffende de preventie van de beroepsziekten en de vergoeding van de schade die uit die ziekten voortvloeit de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, inzoverre het de slachtoffers van een beroepsziekte uit de privé-sector, wier vergoeding voor tijdelijke arbeidsongeschiktheid ingevolge beroepsziekte nooit langer kan terugwerken dan driehonderd vijfenzestig dagen voor de datum van indienen van de aanvraag, en de slachtoffers van een beroepsziekte in de openbare sector, ten aanzien van wie een dergelijke beperking slechts geldt voor zover zij ingevolge hun statuut of arbeidsovereenkomst geen beroep kunnen d ...[+++] of maatregel, verschillend behandelt ?

« Verstösst Artikel 34 letzter Absatz der am 3hhhhqJuni 1970 koordinierten Gesetze über die Vorbeugung von und die Entschädigung für Berufskrankheiten gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insoweit er die Opfer einer Berufskrankheit im Privatsektor, deren Entschädigung für zeitweilige Arbeitsunfähigkeit infolge einer Berufskrankheit nie früher als 365 Tage vor dem Datum der Antragstellung einsetzen kann, und die Opfer einer Berufskrankheit im öffentlichen Sektor, für die eine solche Einschränkung nur insofern gilt, als sie aufgrund ihres Statuts oder Arbeitsvertr ...[+++]


Noch artikel 26, § 1, van de bijzondere wet van 6 januari 1989, noch enige andere grondwettelijke of wettelijke bepaling verleent het Hof de bevoegdheid om bij wijze van prejudiciële beslissing uitspraak te doen over de vraag of een koninklijk besluit al dan niet bestaanbaar is met die bepalingen van de Grondwet.

Weder Artikel 26 § 1 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989, noch irgendeine andere Verfassungs- oder Gesetzesbestimmung verleiht dem Gerichtshof die Befugnis, im Wege der Vorabentscheidung über die Frage zu befinden, ob ein königlicher Erlass mit diesen Bestimmungen der Verfassung vereinbar ist oder nicht.


Noch artikel 36ter/1 van de Privacywet, noch enige andere bepaling van de bestreden wet, bepaalt uit hoeveel leden het Controleorgaan bestaat en welke numerieke verhouding in acht dient te worden genomen bij de benoeming van, enerzijds, de « leden van de lokale politie en van de federale politie » en, anderzijds, de « experten ».

Weder Artikel 36ter/1 des Gesetzes über den Schutz des Privatlebens, noch irgendeine andere Bestimmung des angefochtenen Gesetzes bestimmt, aus wie vielen Mitgliedern das Kontrollorgan besteht und welches zahlenmäßige Verhältnis einzuhalten ist bei der Ernennung von einerseits den « Mitgliedern der lokalen Polizei und der föderalen Polizei » und andererseits den « Sachverständigen ».


2. Schendt artikel 216bis van het Wetboek van Strafvordering artikel 12, tweede lid, in fine de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikelen 10 en 11 van de Grondwet en artikel 6 EVRM, doordat het openbaar ministerie, na het instellen van de strafvordering, rechtsonderhorigen, die desgevallend hun bereidheid te kennen gaven de aan een ander veroorzaakte schade te vergoeden, al dan niet een verzoek tot minnelijke schikking kan doen zonder enige voldoende, effectieve en inhoudelijke rechterlijke controle op het verzoek en de ...[+++]

2. Verstößt Artikel 216bis des Strafprozessgesetzbuches gegen Artikel 12 Absatz 2 in fine der Verfassung, an sich oder in Verbindung mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung und mit Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention, indem die Staatsanwaltschaft nach der Einleitung der Strafverfolgung Rechtsunterworfenen, die gegebenenfalls ihren Willen geäußert haben, den einem anderen zugefügten Schaden wiedergutzumachen, einen Vergleich vorschlagen kann oder nicht, ohne dass dieser Vorschlag und der eventuell geschlossene Vergleich Gegenstand einer ausreichenden, wirksamen und inhaltlichen gerichtlichen Kontrolle sein können?


Het verwijzende rechtscollege vraagt of artikel 216bis van het Wetboek van strafvordering bestaanbaar is met artikel 12, tweede lid, in fine, van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet en met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, doordat het openbaar ministerie, na het instellen van de strafvordering, « rechtsonderhorigen, die desgevallend hun bereidheid te kennen gaven de aan een ander veroorzaakte schade te vergoeden, al dan niet een verzoek tot minnelijke schikking kan doen zonder en ...[+++]

Das vorlegende Rechtsprechungsorgan fragt, ob Artikel 216bis des Strafprozessgesetzbuches mit Artikel 12 Absatz 2 in fine der Verfassung, an sich oder in Verbindung mit deren Artikeln 10 und 11 und mit Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention, vereinbar sei, indem die Staatsanwaltschaft nach erfolgter Einleitung der Strafverfolgung « Rechtsunterworfenen, die gegebenenfalls ihren Willen geäußert haben, den einem anderen zugefügten Schaden wiedergutzumachen, einen Vergleich vorschlagen kann oder nicht, ohne dass dieser Vorsch ...[+++]


Noch artikel 26, § 1, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof noch enige andere grondwettelijke of wettelijke bepaling verleent het Hof de bevoegdheid om bij wijze van prejudiciële beslissing uitspraak te doen over de vraag of de bepalingen van een uitvoeringsbesluit bestaanbaar zijn met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet.

Weder Artikel 26 § 1 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 über den Verfassungsgerichtshof noch irgendeine andere Verfassungs- oder Gesetzesbestimmung verleiht dem Gerichtshof die Befugnis, im Wege der Vorabentscheidung über die Frage zu befinden, ob die Bestimmungen eines Ausführungserlasses mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung vereinbar sind.


Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters A. Alen en J. Spreutels, en de rechters E. De Groot, L. Lavrysen, T. MerckxVan Goey, P. Nihoul en T. Giet, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter A. Alen, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 8 december 2014 in zake de bvba « Untill » tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 23 december 2014, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 198, § ...[+++]

Der Verfassungsgerichtshof, zusammengesetzt aus den Präsidenten A. Alen und J. Spreutels, und den Richtern E. De Groot, L. Lavrysen, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul und T. Giet, unter Assistenz des Kanzlers P.-Y. Dutilleux, unter dem Vorsitz des Präsidenten A. Alen, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 8. Dezember 2014 in Sachen der « Untill » PGmbH ...[+++]


Noch artikel 26, § 1, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, noch enige andere grondwettelijke of wettelijke bepaling verleent het Hof de bevoegdheid om bij wijze van prejudiciële beslissing uitspraak te doen over de vraag of de bepalingen van een koninklijk besluit de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schenden.

Weder Artikel 26 § 1 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 über den Verfassungsgerichtshof noch irgendeine andere Verfassungs- oder Gesetzesbestimmung verleiht dem Hof die Befugnis, präjudiziell über die Frage zu entscheiden, ob die Bestimmungen eines königlichen Erlasses gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung verstossen.


Noch artikel 26, § 1, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 noch enige andere grondwettelijke of wettelijke bepaling verleent het Hof de bevoegdheid om bij wijze van prejudiciële beslissing uitspraak te doen over de vraag of de bepalingen van een uitvoeringsbesluit in voldoende nauwkeurige, duidelijke en rechtszekerheid biedende bewoordingen bepalen welke feiten strafbaar worden gesteld.

Weder Artikel 26 § 1 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 noch irgendeine andere Verfassungs- oder Gesetzesbestimmung verleiht dem Hof die Befugnis, präjudiziell über die Frage zu entscheiden, ob die Bestimmungen eines Ausführungserlasses in einem ausreichend präzisen, deutlichen und Rechtssicherheit bietenden Wortlaut festlegen, welche Taten unter Strafe gestellt werden.




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'doen op enige andere gunstigere bepaling' ->

Date index: 2024-02-23
w