Die gevangenhouding voldoet aan de vereisten van artikel 5.1, a, van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, volgens hetwelk een beklaagde van zijn vrijheid mag worden beroofd « indien hij op rechtmatige wijze wordt gevangen gehouden na veroordeling door een daartoe bevoegde rechter ».
Diese Haft entspricht den Erfordernissen von Artikel 5 Absatz 1 Buchstabe a) der Europäischen Menschenrechtskonvention, wonach einem Angeschuldigten die Freiheit im Falle « rechtmässiger Freiheitsentziehung nach Verurteilung durch ein zuständiges Gericht » entzogen werden kann.