De advocaat-generaal concludeert dat de Duitse taalvoorwaarde een nieuwe beperking vormt op de uitoefening van de vrijheid van vestiging van de echtgenoot van mevrouw Dogan en dat deze laatste zich er dan ook tegen kan verzetten dat die voorwaarde op haar wordt toegepast.
Der Generalanwalt kommt somit zu dem Ergebnis, dass Frau Dogan angesichts der Einführung einer neuen Beschränkung der Niederlassungsfreiheit, die ihr Ehegatte genießt, der Anwendung des deutschen Spracherfordernisses in ihrem Fall entgegentreten kann.