Om deze reden heeft het Parlement in paragraaf 1 van zijn verslag 2003 uitdrukkelijk verklaard dat het “weliswaar [is] ingenomen met de manier waarop de Hoge Vertegenwoordiger/Secretaris-generaal van de Raad het Parlement daadwerkelijk volledig op de hoogte heeft gehouden van de ontwikkelingen met betrekking tot de voornaamste GBVB-kwesties, doch volstrekt afwijzend [staat] tegenover de door de Raad gevolgde strategie om het Parlement a posteriori een louter indicatieve lijst van GBVB-activiteite
n over het voorbije jaar te doen toekomen, en deze wijze van ‘voorafgaande raadpleging van het Europees Parlement’ als een praktijk [beschouwt]
...[+++]die duidelijk in strijd is met artikel 21 van het Verdrag betreffende de Europese Unie en met het Interinstitutioneel Akkoord van 6 mei 1999”. Het Parlement verzocht de Raad in plaats daarvan “[...] zijn huidige werkwijze te staken en deze om te buigen tot een behandeling a priori, waarbij het Parlement aan het begin van elk jaar wordt geraadpleegd over de voornaamste aspecten en fundamentele keuzen die de Raad voor dat jaar zowel met betrekking tot algemene als tot horizontale kwesties op de agenda heeft staan, alsook over de prioriteiten die voor de diverse geografische gebieden zijn gepland; verzoekt de Raad tevens in een volgend stadium verslag uit te brengen over de vraag of en, zo ja, op welke wijze rekening is gehouden met de inbreng van het Parlement”.Daher stellte das Parlament in Ziffer 3 seines Berichts für 2003 ausdrücklich fest: „lehnt, obwohl es die Art und Weise begrüßt, wie der Hohe Vertreter/Generalsekretär des Rates das Parlament umfassend über die Entwicklung der wichtigsten GASP-Themen unterrichtet hat, entschieden den vom Rat bisher praktizierten A-posteriori-Ansatz ab, der darin besteht, dass er lediglich eine deskript
ive Liste der im Vorjahr durchgeführten GASP-Aktivitäten unterbreitet, und ist der Auffassung, dass eine solche Praxis eindeutig gegen Artikel 21 des Vertrags über die Europäische Union und die Interinstitutionelle Vereinbarung vom 6. Mai 1999 verstößt, wa
...[+++]s die vorherige Anhörung des Europäischen Parlaments betrifft“. Das Parlament forderte den Rat stattdessen auf, „die bestehende Praxis aufzugeben und sie durch einen A-priori-Ansatz zu ersetzen, bei dem das Europäische Parlament zu Beginn jedes Jahres zu den wichtigsten Aspekten und grundlegenden Weichenstellungen des Rates für dieses Jahr unter Einschluss globaler und horizontaler Themen und zu den Prioritäten, die für die verschiedenen geografischen Räume geplant sind, konsultiert wird; fordert den Rat ferner auf, anschließend darüber Bericht zu erstatten, ob und wie der Beitrag des Europäischen Parlaments berücksichtigt worden ist“.