4. Indien de functionaris voor gegevensbescherming van oordeel is dat de bepalingen van Verordening (EG) nr. 45/2001 met betrekking tot de verwerking van administratieve persoonsgegevens of de bepalingen van deze verordening met betrekking tot de verwerking van operationele persoonsgegevens niet worden nageleefd, stelt hij de Europees hoofdaanklager hiervan in kennis, met het verzoek deze situatie van niet-naleving binnen een bepaalde termijn op te lossen.
(4) Ist der Datenschutzbeauftragte der Auffassung, dass die Bestimmungen der Verordnung (EG) Nr. 45/2001 über die Verarbeitung verwaltungstechnischer personenbezogener Daten oder die Bestimmungen der vorliegenden Verordnung über die Verarbeitung operativer personenbezogener Daten nicht eingehalten wurden, so unterrichtet er den Europäischen Generalstaatsanwalt und ersucht diesen, innerhalb einer bestimmten Frist Abhilfe zu schaffen.