Tenslotte stelt de rapporteur voor een mechanisme in het leven te roepen in het kader waarvan kolen- en staalbedrijven in Midden- en Oost-Europa die hun productie-eenheden hebben geherstructureerd en deze milieuvriendelijker hebben gemaakt, het recht zouden krijgen om al aan de activiteiten van het Fonds deel te nemen, voordat hun respectieve regeringen hun bijdragen in het Fonds hebben gestort.
Schließlich schlägt der Berichterstatter vor, einen Mechanismus zu schaffen, mit dem sich mittel- und osteuropäischen Kohle- und Stahlunternehmen, die ihre Produktionsstätten umstrukturiert und umweltfreundlicher gemacht haben, das Recht verleihen ließe, sich bereits an den Tätigkeiten des Fonds zu beteiligen, bevor ihre jeweiligen Regierungen ihre Beiträge in den Fonds eingezahlt haben.