Wanneer de werknemer-cedent, vooraleer de in de artikelen 28 en volgende van de wet van 12 april 1965 bedoelde procedure is ingezet, zelf het initiatief neemt om de geldigheid van de door de akte van loonoverdracht gewaarborgde onderliggende schuldvordering te betwisten, zal tegen het vonnis dat over die vordering uitspraak doet hoger beroep kunnen worden ingesteld, voor zover de waarde van de vordering bepaald overeenkomstig artikel 617 van het Gerechtelijk Wetboek het bedrag van, naar gelang van het geval, 50.000 frank of 75.000 frank overschrijdt.
Wenn der abtretende Arbeitnehmer vor Einleitung des in den Artikeln 28 ff. des Gesetzes vom 12. April 1965 genannten Verfahrens selber die Initiative ergreift, um die Gültigkeit der zugrunde liegenden, durch die Lohnabtretungsurkunde gewährleisteten Schuldforderung zu beanstanden, wird gegen das Urteil, das über diese Klage befindet, Berufung eingereicht werden können, insofern der gemäss Artikel 617 des Gerichtsgesetzbuches festgelegte Streitwert je nach dem Fall den Betrag von 50.000 Franken oder 75.000 Franken überschreitet.