De schuldvorderingen die voortvloeien uit de nieuwe activiteit van de gefailleerde vóór de sluiting van het faillissement, maken immers deel uit van de boedel, op dezelfde wijze als die welke vóór het faillissement zijn ontstaan (Cass., 26 oktober 1987, Arr. Cass., 1987, nr. 115).
Die Forderungen, die sich aus der neuen Tätigkeit des Konkursschuldners vor der Aufhebung des Konkursverfahrens ergeben, sind nämlich Bestandteil der Masse, ebenso wie diejenigen, die vor dem Konkurs entstanden sind (Kass., 26. Oktober 1987, Pas., 1987, Nr. 115).