Vertaling van "instellingen herhaaldelijk verklaard " (Nederlands → Duits) :

27. informeert de Raad dat de Commissie in haar brief heeft verklaard dat zij geen toezicht zal houden op de tenuitvoerlegging van de begrotingen van de andere instellingen en dat een antwoord geven op de vragen die aan een andere instelling zijn gericht, afbreuk zou doen aan de autonomie van die instelling om haar eigen afdeling van de begroting ten uitvoer te leggen; herinnert eraan dat het Parlement kwijting verleent aan de andere instellingen nadat het de verstrekte documenten en de antwoorden die op de vragen zijn gegeven heeft onderzocht; betreurt het dat het Parlement herhaaldelijk moeite heeft om antwoorden van de Raad te krijgen;
27. unterrichtet den Rat, dass die Kommission in ihrem Schreiben auch erklärt, dass sie die Ausführung der Haushaltspläne der anderen Organe nicht überwachen wird und dass eine Beantwortung von Fragen an ein anderes Organ die Autonomie dieses Organs zur Ausführung seines eigenen Einzelplans des Haushaltsplans beeinträchtigen würde; weist darauf hin, dass das Parlament den anderen Organen Entlastung erteilt, nachdem es die übermittelten Dokumente und die auf die Fragen erteilten Antworten geprüft hat; bedauert, dass das Parlament wiederholt Probleme hat, Antworten seitens des Rates zu erhalten;

27. informeert de Raad dat de Commissie tevens in haar brief heeft verklaard dat zij geen toezicht zal houden op de tenuitvoerlegging van de begrotingen van de andere instellingen en dat een antwoord geven op de vragen die aan een andere instelling zijn gericht de autonomie van die instelling zou schenden om haar eigen afdeling van de begroting ten uitvoer te leggen; herinnert de Raad eraan dat een van de conclusies van de Europese Raad van 18 en 19 oktober 2012 luidde dat „democratische legitimiteit en verantwoordingsplicht verder moeten worden besproken”; herinnert eraan dat het Parlement kwijting verleent aan de andere instellingen nadat het de verstrekte documenten en de antwoorden die op de vragen zijn gegeven heeft onderzocht; betreurt het dat het Parlement herhaaldelijk moeite heeft om antwoorden van de Raad te krijgen;
27. unterrichtet den Rat, dass die Kommission in ihrem Schreiben auch erklärt, dass sie die Ausführung der Haushaltspläne der anderen Organe nicht überwachen wird und dass eine Beantwortung von Fragen an ein anderes Organ die Autonomie dieses Organs zur Ausführung seines eigenen Einzelplans des Haushaltsplans beeinträchtigen würde; weist den Rat darauf hin, dass eine der Schlussfolgerungen des Europäischen Rates vom 18./19. Oktober 2012 lautete, dass „Fragen im Zusammenhang mit [.] der demokratischen Legitimität und Rechenschaftspflicht [.] weiter erörtert werden sollten“; weist darauf hin, dass das Parlament den anderen Organen Entlastung erteilt, nachdem es die übermittelten Dokumente und die auf die Fragen erteilten Antworten geprüft hat; bedauert, dass das Parlament immer wieder Probleme hat, Antworten seitens des Rates zu erhalten;

27. informeert de Raad dat de Commissie tevens in haar brief heeft verklaard dat zij geen toezicht zal houden op de tenuitvoerlegging van de begrotingen van de andere instellingen en dat een antwoord geven op de vragen die aan een andere instelling zijn gericht de autonomie van die instelling zou schenden om haar eigen afdeling van de begroting ten uitvoer te leggen; herinnert de Raad eraan dat een van de conclusies van de Europese Raad van 18 en 19 oktober 2012 luidde dat "democratische legitimiteit en verantwoordingsplicht verder moeten worden besproken"; herinnert eraan dat het Parlement kwijting verleent aan de andere instellingen nadat het de verstrekte documenten en de antwoorden die op de vragen zijn gegeven heeft onderzocht; betreurt het dat het Parlement herhaaldelijk moeite heeft om antwoorden van de Raad te krijgen;
27. unterrichtet den Rat, dass die Kommission in ihrem Schreiben auch erklärt, dass sie die Ausführung der Haushaltspläne der anderen Organe nicht überwachen wird und dass eine Beantwortung von Fragen an ein anderes Organ die Autonomie dieses Organs zur Ausführung seines eigenen Einzelplans des Haushaltsplans beeinträchtigen würde; weist den Rat darauf hin, dass eine der Schlussfolgerungen des Europäischen Rates vom 18./19. Oktober 2012 lautete, dass „Fragen im Zusammenhang mit [.] der demokratischen Legitimität und Rechenschaftspflicht [.] weiter erörtert werden sollten“; weist darauf hin, dass das Parlament den anderen Organen Entlastung erteilt, nachdem es die übermittelten Dokumente und die auf die Fragen erteilten Antworten geprüft hat; bedauert, dass das Parlament immer wieder Probleme hat, Antworten seitens des Rates zu erhalten;

Sedert 1977 [2] hebben de Europese instellingen herhaaldelijk verklaard dat zij vastbesloten zijn om voor de mensenrechten en de fundamentele vrijheden op te komen en hebben zij alle vormen van onverdraagzaamheid, racisme en vreemdelingenhaat veroordeeld.
Seit 1977 [2] haben die europäischen Institutionen wiederholt ihren Willen zur Verteidigung der Menschenrechte und der Grundfreiheiten bekräftigt und alle Formen von Intoleranz, Rassismus und Fremdenfeindlichkeit verurteilt.

5. erkent dat er in de TEN-projecten in de vervoerssector een aanzienlijke kloof bestaat tussen de ambitieuze plannen van de Europese instellingen en de beschikbare fondsen en dat dit veelal leidt tot een gebrek aan coherentie tussen de programma's en hun implementatie; stelt bovendien met bezorgdheid vast dat het percentage van vastlegging van kredieten uit de communautaire begroting voor TEN-projecten in de vervoerssector weliswaar bevredigend blijft, maar dat een aantal lidstaten geen TEN-projecten in de vervoerssector heeft ontwikkeld en niet de kapitaalinvesteringen heeft gedaan die nodig zijn om deze projecten binnen de overeengekomen tijdskaders te voltooien, en dat ondanks het feit dat herhaaldelijk is verklaard dat deze een beleidsprioriteit zijn;
5. erkennt an, dass es bei den TEN-Vorhaben im Bereich Verkehr eine erkennbare Kluft zwischen den überaus ehrgeizigen Zielen der europäischen Institutionen und den verfügbaren Mitteln gibt, was oftmals zu einem Mangel an Kohärenz zwischen den Programmen und ihrer Durchführung führt; stellt außerdem mit Besorgnis fest, dass die Rate der Bindung von Mitteln aus dem Gemeinschaftshaushalt für die TEN-Vorhaben im Bereich Verkehr zwar weiterhin zufriedenstellend ist, dass aber eine Reihe von Mitgliedstaaten es versäumt haben, TEN-Vorhaben für den Bereich Verkehr vorzuziehen, und sie ungeachtet ihrer wiederholt bekundeten politischen Priorität nicht die Kapitalinvestitionen bereitgestellt haben, die erforderlich sind, um diese Vorhaben innerhalb der vereinbarten zeitlichen Rahmen abzuschließen;