De verzoekende partijen voeren vier middelen aan, afgeleid uit de schending van artikel 5, § 1, I, 1°, a), van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen (eerste, tweede en derde middel) en van artikel 22 van de Grondwet en artikel 8 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens (vierde middel).
Die klagenden Parteien führen vier Klagegründe an, die aus einem Verstoss gegen Artikel 5 § 1 I Nr. 1 Buchstabe a) des Sondergesetzes vom 8. August 1980 zur Reform der Institutionen (erster, zweiter und dritter Klagegrund) und gegen Artikel 22 der Verfassung sowie gegen Artikel 8 der Europäischen Menschenrechtskonvention (vierter Klagegrund) abgeleitet sind.