3. veroordeelt alle pogingen van welk land dan ook tot ontwikkeling of uitbreiding van een kernwapenprogramma en herinnert aan de uitspraak van het Internationaal gerechtshof van 8 juli 1996 over de legitimiteit van het dreigen met het gebruik van kernwapens, waarin het vaststelde dat de dreiging of het gebruik van kernwapens "in het algemeen strijdig is met de internationale rechtsregels die op gewapende conflicten van toepassing zijn";
3. verurteilt jeden Versuch eines Landes, ein Kernwaffenprogramm zu entwickeln oder auszubauen, und weist auf die Entscheidung des Internationalen Gerichtshofes vom 8. Juli 1996 betreffend die Rechtmäßigkeit der Androhung oder Anwendung von Gewalt mittels Atomwaffen hin, der zufolge die Bedrohung durch oder Anwendung von Atomwaffen generell im Widerspruch zu den in einem bewaffneten Konflikt verbindlichen Regeln des Völkerrechts stehen würde;