Vertaling van "korte omlooptijd " (Nederlands → Duits) :

TERMINOLOGIE

kort geding | rechtspleging in kort geding
Eilverfahren

kort krediet | korte termijn lening | kortlopend krediet | krediet op korte termijn
kruzfristiger Kredit | kurzfristige Anleihe | kurzfristiges Darlehen

cyclus | omloop | omlooptijd
Signalumlauf | Umlauf

cyclustijd | omlooptijd | periode
Periodendauer | Umlaufzeit | Umlaufzeitlänge

kort geding [ eis tot kort geding | spoedprocedure ]
einstweilige Verfügung [ einstweilige Anordnung | Schnellverfahren | vorläufige Entscheidung ]

financiering met zeer korte looptijd [ financiering op zeer korte termijn ]
sehr kurzfristige Finanzierung

kortlopend krediet [ kaskrediet | krediet op korte termijn | rekening-courantvoorschot ]
kurzfristiger Kredit [ Barkredit | Kassenkredit | Überziehungskredit ]

vordering in kort geding
Eilverfahrensklage

rol van de zaken in kort geding
Liste der Eilverfahrenssachen

korting wegens minderwaarde
Refaktie

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

k) "hakhout met korte omlooptijd".: areaal beplant met door de lidstaten te bepalen boomsoorten van GN-code 0602 90 41, bestaande uit meerjarige houtgewassen waarvan de wortelstokken of stronken na de oogst in de grond blijven en die in het daaropvolgende seizoen nieuwe scheuten vormen en waarvan de maximale omlooptijd door de lidstaten wordt vastgesteld.
"Niederwald mit Kurzumtrieb" Flächen, die mit von den Mitgliedstaaten festzulegenden Gehölzarten des KN-Codes 0602 90 41 bestockt sind, bei denen es sich um mehrjährige Gehölzpflanzen handelt, deren Wurzelstock oder Baumstumpf nach der Ernte im Boden verbleibt und in der nächsten Saison wieder austreibt, wobei die maximalen Erntezyklen von den Mitgliedstaaten festzulegen sind.

bepalen de boomsoorten die in aanmerking komen als hakhout met korte omlooptijd en de maximale omlooptijd voor deze boomsoorten, als bedoeld in lid 1, onder k).
die Gehölzarten festzulegen, die als Niederwald mit Kurzumtrieb gelten und die maximalen Erntezyklen für die Gehölzarten im Sinne von Absatz 1 Buchstabe k zu bestimmen.

Voor de toepassing van artikel 4, § 2, eerste lid, c), van Verordening nr. 1307/2013, bepaalt de Minister voor hakhout met korte omlooptijd de boomsoorten en de maximale omlooptijd ervan.
Für die Anwendung von Artikel 4, § 2, Absatz 1, c) der Verordnung Nr. 1307/2013 bestimmt der Minister für die Niederwälder mit Kurzumtrieb die Gehölzarten und deren maximalen Erntezyklen.

(53) „bomen voor hakhout met korte omlooptijd”: door de lidstaten te bepalen boomsoorten van GN-code 06 02 9041, bestaande uit meerjarige houtgewassen waarvan de wortelstokken of stronken na de oogst in de grond blijven en die in het daaropvolgende seizoen nieuwe scheuten vormen en waarvan de maximale omlooptijd door de lidstaten wordt vastgesteld;
„Gehölze für Niederwald mit Kurzumtrieb“ von den Mitgliedstaaten festzulegende Gehölzarten des KN-Codes 06 02 9041, bei denen es sich um mehrjährige Gehölzpflanzen handelt, deren Wurzelstock oder Baumstumpf nach der Ernte im Boden verbleibt und in der nächsten Saison wieder austreibt, wobei die maximalen Erntezyklen von den Mitgliedstaaten festzulegen sind;

bepalen de boomsoorten die in aanmerking komen als hakhout met korte omlooptijd en de maximale omlooptijd voor deze boomsoorten, als bedoeld in lid 1, onder k).
die Gehölzarten festzulegen, die als Niederwald mit Kurzumtrieb gelten und die maximalen Erntezyklen für die Gehölzarten im Sinne von Absatz 1 Buchstabe k zu bestimmen;

k) "hakhout met korte omlooptijd": areaal beplant met door de lidstaten te bepalen boomsoorten van GN-code 0602 90 41, bestaande uit meerjarige houtgewassen waarvan de wortelstokken of stronken na de oogst in de grond blijven en die in het daaropvolgende seizoen nieuwe scheuten vormen en waarvan de maximale omlooptijd door de lidstaten wordt vastgesteld;
"Niederwald mit Kurzumtrieb" Flächen, die mit von den Mitgliedstaaten festzulegenden Gehölzarten des KN-Codes 0602 90 41 bestockt sind, bei denen es sich um mehrjährige Gehölzpflanzen handelt, deren Wurzelstock oder Baumstumpf nach der Ernte im Boden verbleibt und in der nächsten Saison wieder austreibt, wobei die maximalen Erntezyklen von den Mitgliedstaaten festzulegen sind;

Meerjarige energieteelten (hakhout met korte omlooptijd en grassen)
Mehrjährige Energiepflanzen (Niederwald mit Kurzumtrieb und krautige Gramineen)

Voor Bulgarije en Roemenië komen echter alle percelen landbouwgrond in aanmerking die voldoen aan de in lid 4 bepaalde criteria, alsmede landbouwarealen beplant met hakhout met korte omlooptijd (GN-code ex 0602 90 41), waarvoor een steunaanvraag voor energiegewassen overeenkomstig artikel 88 is ingediend”.
Für Bulgarien und Rumänien kommen jedoch alle Arten landwirtschaftlicher Grundstücke in Betracht, die den Kriterien des Absatzes 4 genügen, sowie landwirtschaftliche Grundstücke mit Niederwald mit Kurzumtrieb (KN-Code ex 0602 90 41), für die die in Artikel 88 vorgesehene Energiepflanzenbeihilfe beantragt wird.“

„Voor de toekenning van betalingen op grond van de regeling inzake een enkele areaalbetaling komen alle percelen landbouwgrond in aanmerking die voldoen aan de in lid 4 bepaalde criteria, alsmede landbouwarealen beplant met hakhout met korte omlooptijd (GN-code ex 0602 90 41), die op 30 juni 2003 landbouwkundig in goede staat verkeerden en waarvoor een steunaanvraag voor energiegewassen overeenkomstig artikel 88 is ingediend.
„Für Zahlungen im Rahmen der Regelung für die einheitliche Flächenzahlung kommen alle Arten landwirtschaftlicher Grundstücke in Betracht, die den Kriterien des Absatzes 4 genügen, sowie landwirtschaftliche Grundstücke mit Niederwald mit Kurzumtrieb (KN-Code ex 0602 90 41), die sich am 30. Juni 2003 in gutem landwirtschaftlichen Zustand befanden und für die die in Artikel 88 vorgesehene Energiepflanzenbeihilfe beantragt wird.

2. Voor de toepassing van artikel 31, lid 3, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 1257/1999 wordt onder "snelgroeiende soorten met korte omlooptijd" verstaan, soorten waarvan de omlooptijd, zijnde de tijd tussen twee oogstvellingen op dezelfde plaats, minder dan 15 jaar bedraagt.
(2) Im Sinne von Artikel 31 Absatz 3 Unterabsatz 2 der Verordnung (EG) Nr. 1257/1999 sind "schnellwachsende Arten mit kurzer Umtriebszeit" Arten, deren Umtriebszeit (Spanne zwischen zwei Erntehieben am selben Ort) weniger als 15 Jahre beträgt.