2. In het geval van een genetisch gemodificeerde teelt waarvan de genetische gebeurtenis de weerstand tegen één of meerdere insecten is, legt de producent in de onmiddellijke omgeving en bij voorkeur aan de rand van de genetisch gemodificeerde teelt een beschermde gebied aan van niet genetisch gemodificeerde planten van hetzelfde soort op een oppervlakte die minstens gelijk is aan 20 % van de oppervlakte van genetisch gemodificeerde teelt.
2. Handelt es sich um eine genetisch veränderte Kultur, deren Ereignis die Resistenz gegen ein oder mehrere Insekten betrifft, so legt der Erzeuger in unmittelbarer Umgebung und vorzugsweise am Rand der genetisch veränderten Kultur eine Fluchtzone mit nicht genetisch veränderten Pflanzen derselben Art an, und zwar auf einer Fläche, die wenigstens 20% der Fläche der genetisch veränderten Kultur ausmacht.