De aan de decreetgever verleende machtiging om de provincies af te schaffen, die volgt uit de gecombineerde lezing van artikel 41 van de Grondwet en artikel 6, § 1, VIII, eerste lid, 1°, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, was bijgevolg op het ogenblik waarop het bestreden decreet is aangenomen nog niet in werking getreden.
Die Ermächtigung des Dekretgebers zur Abschaffung der Provinzen, die sich aus der Verbindung von Artikel 41 der Verfassung und Artikel 6 § 1 VIII Absatz 1 Nr. 1 des Sondergesetzes vom 8. August 1980 zur Reform der Institutionen ergibt, war also zum Zeitpunkt der Annahme des angefochtenen Dekrets noch nicht in Kraft getreten.