Artikel 6, lid 1, van Verordening (EG) nr. 377/2004 van de Raad van 19 februari
2004 betreffende de oprichting van een netwerk van immigratieverbindingsfunctionarissen (hierna de „verordening”
genoemd) luidt: „De lidstaat die het voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie bekleedt of, indien deze lidstaat niet vertegenwoordigd is in het betrokken land of in de betrokken regio, de lidstaat die het plaatsvervangend voorzitterschap bekleedt, stelt aan het eind van ieder halfjaar een verslag op ten behoeve van de Raad en de Commissi
...[+++]e over de activiteiten van de netwerken van immigratieverbindingsfunctionarissen waarin deze lidstaat vertegenwoordigd is, en over de situatie in het ontvangende land ter zake van illegale immigratie”.In Artikel 6 Absatz 1 der Verordnung (EG) Nr. 377/2004 des Rates vom 19. Februar 2004 zur Schaffung eines Netzes von Verbindungsbeamten für Einwanderungsfragen (nachstehend: „Verordnu
ng“) heißt es: „Der Mitgliedstaat, der den Vorsitz im Rat der Europäischen Union innehat, oder, wenn dieser Mitgliedstaat in dem Land oder der Region nicht vertreten ist, der Mitgliedstaat, der als Vorsitz fungiert, erstellt zum Ende eines jeden Halbjahres für den Rat und d
ie Kommission einen Bericht über die Tätigkeiten der Netze von Verbindungsbeamten
...[+++]für Einwanderungsfragen, in denen er vertreten ist, sowie über die Lage im Gastland im Bereich der illegalen Einwanderung.“