5.
wijst erop dat het Voorzitterschap van de Raad niet het "Voorzitterschap van de Unie" is, maar slechts een van haar instellingen en dat elke wijziging in het Voorzitters
chap van de Raad in overeenstemming moet zijn met het beginsel van gelijkheid tussen de lidstaten; waarschuwt de Raad voor slinkse manoeuvres
in de richting van institutionele hervormingen die zouden kunnen neerkomen op pogingen om buiten de Conventie om de kern
...[+++]vraag aan de orde te stellen hoe een uitgebreide Unie moet worden bestuurd en het halfjaarlijks Voorzitterschap van de Raad te vervangen door een president die zonder te zijn gekozen door het Europees Parlement niettemin de bevoegdheid zou krijgen om dit te ontbinden; 5. erinnert daran, dass der Vorsitz des Rates nicht der „Vorsitz der Union“, sondern nur der
Vorsitz einer ihrer Institutionen ist und dass bei jedem Wechsel der Präsidentschaft des Rates der Grundsatz der Gleichheit zwischen den Mitgliedstaaten garantiert sein muss; warnt den Rat vor jedem Versuch, eine interinstitutionelle Reform zu erzwingen, die außerhalb des Konvents versucht, die wichtige Frage der Regierung in einer erweiterten Union zu behandeln, indem die halbjährliche Präsidentschaft des Rates durch einen Präsidenten ersetzt wird, der, ohne dass er selbst vom Europäischen Parlament gewählt wäre, die Befugnis hätte, das Parlame
...[+++]nt aufzulösen; 
