De maat van vis, schaal- of weekdieren wordt gemeten overeenkomstig artikel 5, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 3094/86, tenzij anders is vermeld in bijlage IV. Wanneer voor het bepalen van de vereiste maat meer dan één methode is toegestaan, worden vissen, schaal- of weekdieren geacht de vereiste maat te hebben wanneer zij ten minste volgens een van die methodes gemeten groter zijn dan de minimummaat.
Die Grösse der Fische, Krebstiere und Weichtiere wird, sofern in Anhang IV nichts anderes festgelegt ist, nach Artikel 5 Absatz 2 der Verordnung (EWG) Nr. 3094/86 gemessen.