Het tweede middel is afgeleid uit de schending van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel II. 3 van het Wetboek van economisch recht en met artikel 56 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU), doordat de bestreden bepalingen voor doorverkopers en beheerders van elektronische platformen
een obstakel zouden vormen voor het uitoefenen van hun activiteiten in België en
aldus de voormelde marktdeelnemers die zich toeleggen op de Belgische markt zouden discrimineren ten opzichte van
...[+++] de marktdeelnemers die niet in België actief zijn.
Der zweite Klagegrund ist abgeleitet aus einem Verstoß gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit Artikel II. 3 des Wirtschaftsgesetzbuches und mit Artikel 56 des Vertrags über die Arbeitsweise der Europäischen Union (AEUV), indem die angefochtenen Bestimmungen für Weiterverkäufer und Betreiber von elektronischen Plattformen ein Hindernis für die Ausübung ihrer Tätigkeiten in Belgien darstellen würden und somit die vorerwähnten Marktteilnehmer, die auf den belgischen Markt ausgerichtet seien, jenen Marktteilnehmern gegenüber, die nicht in Belgien tätig seien, diskriminieren würden.