11. beschouwt de officiële verklaring van het Deense voorzitterschap namens de Raad dan ook als een onvoldoende reactie op de conclusies van de EU-delegatie van verkiezingswaarnemers, en van de waarnemers van het NDI, het Gemenebest en het ANFREL in verband met de verkiezingen van oktober; is verder van mening dat de fout die de Raad eerder maakte, namelijk het niet tot uitdrukking brengen van zorgen in verband met het presidentieel referendum in april, hierdoor wordt verergerd;
11. sieht daher in der offiziellen Erklärung der dänischen Präsidentschaft im Namen des Rates eine unangemessene Reaktion auf die Beurteilung der Oktober-Wahlen, die nicht nur die EU-Beobachtermission, sondern auch NDI und die Beobachtergruppen von Commonwealth und ANFREL abgegeben haben; ist außerdem der Ansicht, dass dies zu einem früheren Fehler des Rates hinzu kommt, der es versäumt hatte, seine Besorgnis über das Präsidentschaftsreferendum vom April zum Ausdruck zu bringen;