C. Schendt, in geval van ontbinding zonder vereffening, artikel 20 van de voorafgaande titel van het Wetboek van strafvordering de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, aangezien de strafvordering uitgeoefend tegen een overleden natuurlijke persoon steeds vervalt, terwijl ten aanzien van een persoon die geen vermogen meer heeft, de betwiste bepaling de vervolging handhaaft in de gevallen die zij bepaalt ?
C. Verstösst Artikel 20 des einleitenden Titels des Strafprozessgesetzbuches im Falle der Auflösung ohne Liquidation gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, an sich oder in Verbindung mit Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention, indem die Strafverfolgung, die gegen eine verstorbene natürliche Person ausgeübt wird, immer erlischt, während die fragliche Bestimmung die Verfolgung einer Person, die kein Vermögen mehr hat, in den von ihr festgelegten Fällen aufrechterhält?