Hun kritiek slaat enkel op het feit dat het bij artikel 23, § 4, van de ordonnantie van 14 juni 2012 vereiste schriftelijke bewijs, krachtens artikel 24/1 van de ordonnantie van 14 juni 2012, zoals gewijzigd bij het bestreden artikel 22, aan het Gewestelijk Agentschap voor Netheid zou moeten worden geleverd.
Ihre Kritik betrifft nur den Umstand, dass der durch Artikel 23 § 4 der Ordonnanz vom 14. Juni 2012 vorgeschriebene schriftliche Nachweis aufgrund von Artikel 24/1 der Ordonnanz vom 14. Juni 2012 in der durch den angefochtenen Artikel 22 abgeänderten Fassung der Agentur übermittelt werden müsse.