Deze hogere voorziening betreft in wezen de vraag of en onder welke voorwaarden een op artikel 108, lid 2, VWEU en artikel 4, lid 4, van verordening (EG) nr. 659/1999 gebaseerd besluit van de Commissie tot inleiding van de formele onderzoeksprocedure een voor beroep vatbare beschikking in de zin van artikel 263, lid 4, VWEU vormt.
In dem vorliegenden Rechtsmittel geht es zentral um die Frage, ob und unter welchen Voraussetzungen eine Entscheidung der Kommission über die Eröffnung des förmlichen Prüfverfahrens nach Art. 108 Abs. 2 AEUV und Art. 4 Abs. 4 VO 659/1999/EG eine anfechtbare Entscheidung im Sinne des 263 Abs. 4 AEUV darstellt.