3° de programmatie voor de inrichting van de gebieden waarvan de bestemming nog niet vaststaat, daarbij inbegrepen de volgorde van de prioriteiten voor bedoelde inrichting, gegrond op de doelstellingen inzake ruimtelijke ordening, waarbij meer bepaald rekening wordt gehouden met de opties van het gewestelijk ruimtelijk structuurplan en het gemeentelijk structuurplan indien laatstgenoemde bestaat en waarbij bedoelde programmatie kan voorzien in de gelijktijdige inrichting van bepaalde gebieden waarvan de bestemming nog niet vaststaat;
3° die Planung der Verwertung der Bauerwartungsgebiete, einschliesslich der Vorrangsreihenfolge aufgrund von raumordnerischen Zielsetzungen, insbesondere unter Berücksichtigung der Leitlinien des Entwicklungsplans des regionalen Raums und des kommunalen Strukturschemas, wenn ein solches Schema vorhanden ist, wobei die gleichzeitige Verwertung bestimmter Bauerwartungsgebiete in dieser Planung vorgesehen werden kann;