Uit de parlementaire voorbereiding van het bestreden artikel 94 blijkt dat de Vlaamse Regering, bij het aanwijzen van de meldingsplichtige handelingen, middels een zorgvuldige toetsing zal moeten nagaan of het gaat om « gevallen waarin de beoordelingsruimte van het vergunningverlenend bestuursorgaan effectief minimaal is » (ibid., p. 95).
Aus den Vorarbeiten zu dem angefochtenen Artikel 94 geht hervor, dass die Flämische Regierung durch Festlegen der meldepflichtigen Handlungen anhand einer sorgfältigen Prüfung feststellen muss, ob es sich um « Fälle, in denen der Beurteilungsspielraum des genehmigenden Verwaltungsorgans tatsächlich minimal ist » handelt (ebenda, S. 95).