Het verwijzende rechtscollege in de zaak nr. 1882 vraagt of artikel 6, § 5, van de wet van 31 december 1947 betreffende het fiscaal regime van tabak, gelezen in samenhang met artikel 220 van de A.W.D.A., de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schendt, doordat het de rechter geen mogelijkheid zou laten om een in het concrete geval passende milde of strenge straf op te leggen, terwijl dit wel mogelijk is voor de rechter die dient te oordelen op grond van de gemeenrechtelijke strafbepalingen.
Das verweisende Rechtsprechungsorgan in der Rechtssache Nr. 1882 fragt, ob Artikel 6 § 5 des Gesetzes vom 31. Dezember 1947 über die steuerliche Regelung für Tabak, in Verbindung mit Artikel 220 des AZAG, gegen die Artikel 10 und 11 verstösst, indem er den Richter nicht in die Lage versetzt, eine dem konkreten Einzelfall angepasste milde bzw. strenge Strafe zu verhängen, während dies vor dem Richter, der aufgrund der gemeinrechtlichen Strafbestimmungen zu erkennen hat, sehr wohl möglich ist.