R
ekening houdend met de omvang van het risico van aanwending van de procedures voor andere doeleinden dan die waarvoor ze bestemd zijn, eisen de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, gelezen in samenhang met de grondwets- en verdragsbepalingen die in de vraag zijn bedoeld, niet dat de maatschappelijke dienstverlening d
ie aan de kandidaat-vluchtelingen wordt toegekend, teneinde in hun noden te voorzien, die na het bevel om het grondgebied te verlaten een beroep voor de Raad v
an State instellen (tegen ...[+++] de beslissing die de Commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen met toepassing van artikel 63/3 van de wet van 15 december 1980 heeft genomen of tegen de beslissing van de Vaste Beroepscommissie voor vluchtelingen), ook wordt toegekend aan de personen wier eerste asielaanvraag werd geweigerd en tegen welke beslissing de rechtsmiddelen waarin is voorzien zijn uitgeput of niet zijn aangewend en die herhaaldelijk een aanvraag hebben ingediend welke niet door de bevoegde minister of zijn gemachtigde in aanmerking is genomen, met bevel het grondgebied te verlaten, en van wie het beroep tot nietigverklaring nog niet werd beslecht.Unter Berücksichtigung des Umfangs des Risikos der Anwendun
g des Verfahrens zu anderen Zwecken als den dafür vorgesehenen erfordern die Artikel 10 und 11 der Verfassung, in Verbindung mit den in den Fragen genannten Verfassungs- und Vertragsbestimmungen, nicht, dass die Sozialhilfe, die zur Behebung ihrer Nöte den Asylbewerbern bewilligt wird, die nach der Anweisung zum Verlassen
des Staatsgebiets (gegen die Entscheidung, die der Generalkommissar für Flüchtlinge und Staatenlose in Anwendung von Artikel 63/3 des Gesetzes vom 15. Dezemb
...[+++]er 1980 gefällt hat oder gegen die Entscheidung des Ständigen Widerspruchsausschusses für Flüchtlinge) eine Klage beim Staatsrat einreichen, auch den Personen bewilligt wird, deren erster Asylantrag Gegenstand einer Ablehnung war, gegen die die vorgesehenen Rechtsmittel ausgeschöpft sind oder nicht eingelegt worden sind, und die wiederholt einen Antrag eingereicht haben, der nicht durch den zuständigen Minister oder seinen Beauftragten berücksichtigt worden ist und zu einer Anweisung zum Verlassen des Staatsgebiets geführt hat, und über deren Nichtigkeitsklage noch nicht befunden worden ist.