Aldus zouden voordelen van voorbijgaande aard binnen het eurogebied zelf duurzaam gemaakt worden, waardoor er een moeizame relatie zou ontstaan tussen enerzijds rijke gebieden die al snel geconfronteerd zouden worden met inflatoire tendensen in de hoogste fase van de cyclus, en anderzijds arme gebieden die te kampen zouden hebben met een chronisch gebrek aan werkgelegenheid.
Vorübergehende vergleichbare Vorteile selbst im Inneren des Euro-Gebiets würden ein schwieriges Nebeneinander von reichen Regionen, die sich sehr rasch inflationären Spannungen in der Phase der Hochkonjunktur gegenübersehen würden, und den Regionen ergeben, die an chronischer Unterbeschäftigung leiden.