3. In afwijking van lid 1 kan
een lidstaat op een uiterlijk 31 augustus 1999 bij
de Commissie in te dienen verzoek toestemming krijgen om het in de handel brengen van gelode benzine op zijn grondgebied uite
rlijk tot 1 januari 2005 te blijven toestaan, indien die lidstaat kan aantonen dat een verbod ernstige sociaal-economische moeilijkheden zou opleveren, of onder andere wegens de klimaatsomstandigheden in die lidstaat niet algemee
...[+++]n van voordeel zou zijn voor het milieu of de gezondheid.
(3) Abweichend von Absatz 1 kann einem Mitgliedstaat auf Antrag, der spätestens am 31. August 1999 bei der Kommission zu stellen ist, gestattet werden, das Inverkehrbringen von verbleitem Ottokraftstoff bis längstens 1. Januar 2005 weiterhin zuzulassen, wenn er nachweisen kann, daß ein Verbot zu schwerwiegenden sozioökonomischen Problemen führen oder insbesondere aufgrund der klimatischen Bedingungen in diesem Mitgliedstaat für die Umwelt oder Gesundheit keine positiven Gesamtergebnisse erbringen würde.