Vertaling van "verdedigen in alle multilaterale organisaties waarvan " (Nederlands → Duits) :

betreurt de ontoereikende bescherming van IER in China en het gebrek aan concrete middelen die Europese bedrijven, met name kmo's, ter beschikking worden gesteld om inbreuken op IER doeltreffend te bestrijden; is ingenomen met de beslissing van de Commissie om een herziening van de richtlijn betreffende de handhaving van IER voor te stellen; vraagt de Commissie en de lidstaten de IER beter te verdedigen in alle multilaterale organisaties waarvan China lid is (de WTO, de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en de Wereldorganisatie voor de intellectuele eigendom (WIPO)); wenst dat China het bestaande internationale recht inzake de bescherming van IER in zijn nationale wetgeving blijft omzetten, en meer bepaald namaak en piraterij bestrijdt, en dringt erop aan dat de Chinese autoriteiten toezien op de toepassing van dat recht, met name op het regionale niveau; betreurt dat China niet heeft deelgenomen aan de onderhandelingen over de internationale overeenkomst ter bestrijding van namaak (ACTA); roept de Commissie en de lidstaten op tot een grotere douanesamenwerking in de EU en met derde landen, met name met China, bij de inbeslagname van nagemaakte goederen, en tot vereenvoudiging van de douaneprocedures; vraagt de Commissie en de lidstaten nauwer met derde landen samen te werken in verband met vraagstukken rond auteursrechten en het verlenen van licenties;
bedauert den unzureichenden Schutz der Rechte des geistigen Eigentums in China und den Mangel an konkreten Mitteln, mit deren Hilfe europäische Unternehmen, insbesondere KMU, wirksam gegen Verstöße gegen diese Rechte vorgehen können; begrüßt die Entscheidung der Kommission, eine Überarbeitung der Richtlinie über die Durchsetzung der Rechte des geistigen Eigentums vorzuschlagen; fordert die Kommission und die Mitgliedstaaten auf, die Rechte des geistigen Eigentums in allen multilateralen Organisationen besser zu schützen, in denen China Mitglied ist (WTO, Weltgesundheitsorganisation (WHO) und Weltorganisation für geistiges Eigentum (WIPO)); wünscht, dass China weiterhin das geltende internationale Recht zum Schutz der Rechte des geistigen Eigentums in nationales Recht umsetzt und insbesondere Produktfälschungen und Piraterie bekämpft, und fordert, dass der chinesische Staat diese Rechte insbesondere auf regionaler Ebene auch tatsächlich durchsetzt; bedauert, dass sich China nicht an den Verhandlungen über das Abkommen zur Bekämpfung von Produkt- und Markenpiraterie (ACTA) beteiligt hat; fordert die Kommission und die Mitgliedstaaten auf, die Zusammenarbeit in Zollangelegenheiten in der EU, mit Drittstaaten und insbesondere mit China in Bezug auf die Beschlagnahme gefälschter Waren und die Vereinfachung der Zollverfahren zu verstärken; fordert die Kommission und die Mitgliedstaaten auf, mit Drittstaaten auf den Gebieten Urheberrecht und Lizenzvergabe enger zusammenzuarbeiten;

15. betreurt de ontoereikende bescherming van IER in China en het gebrek aan concrete middelen die Europese bedrijven, met name kmo's, ter beschikking worden gesteld om inbreuken op IER doeltreffend te bestrijden; is ingenomen met de beslissing van de Commissie om een herziening van de richtlijn betreffende de handhaving van IER voor te stellen; vraagt de Commissie en de lidstaten de IER beter te verdedigen in alle multilaterale organisaties waarvan China lid is (de WTO, de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en de Wereldorganisatie voor de intellectuele eigendom (WIPO)); wenst dat China het bestaande internationale recht inzake de bescherming van IER in zijn nationale wetgeving blijft omzetten, en meer bepaald namaak en piraterij bestrijdt, en dringt erop aan dat de Chinese autoriteiten toezien op de toepassing van dat recht, met name op het regionale niveau; betreurt dat China niet heeft deelgenomen aan de onderhandelingen over de internationale overeenkomst ter bestrijding van namaak (ACTA); roept de Commissie en de lidstaten op tot een grotere douanesamenwerking in de EU en met derde landen, met name met China, bij de inbeslagname van nagemaakte goederen, en tot vereenvoudiging van de douaneprocedures; vraagt de Commissie en de lidstaten nauwer met derde landen samen te werken in verband met vraagstukken rond auteursrechten en het verlenen van licenties;
15. bedauert den unzureichenden Schutz der Rechte des geistigen Eigentums in China und den Mangel an konkreten Mitteln, mit deren Hilfe europäische Unternehmen, insbesondere KMU, wirksam gegen Verstöße gegen diese Rechte vorgehen können; begrüßt die Entscheidung der Kommission, eine Überarbeitung der Richtlinie über die Durchsetzung der Rechte des geistigen Eigentums vorzuschlagen; fordert die Kommission und die Mitgliedstaaten auf, die Rechte des geistigen Eigentums in allen multilateralen Organisationen besser zu schützen, in denen China Mitglied ist (WTO, Weltgesundheitsorganisation (WHO) und Weltorganisation für geistiges Eigentum (WIPO)); wünscht, dass China weiterhin das geltende internationale Recht zum Schutz der Rechte des geistigen Eigentums in nationales Recht umsetzt und insbesondere Produktfälschungen und Piraterie bekämpft, und fordert, dass der chinesische Staat diese Rechte insbesondere auf regionaler Ebene auch tatsächlich durchsetzt; bedauert, dass sich China nicht an den Verhandlungen über das Abkommen zur Bekämpfung von Produkt- und Markenpiraterie (ACTA) beteiligt hat; fordert die Kommission und die Mitgliedstaaten auf, die Zusammenarbeit in Zollangelegenheiten in der EU, mit Drittstaaten und insbesondere mit China in Bezug auf die Beschlagnahme gefälschter Waren und die Vereinfachung der Zollverfahren zu verstärken; fordert die Kommission und die Mitgliedstaaten auf, mit Drittstaaten auf den Gebieten Urheberrecht und Lizenzvergabe enger zusammenzuarbeiten;

30. betreurt het gebrek aan concrete middelen dat Europese ondernemingen, en in het bijzonder kmo’s, ter beschikking staat om schendingen van intellectuele-eigendomsrechten (IER) efficiënter te bestrijden; is ingenomen met de beslissing van de Commissie om een herziening van de richtlijn betreffende de handhaving van IER voor te stellen; vraagt de Commissie en de lidstaten de IER beter te verdedigen in alle relevante multilaterale organisaties (WTO, Wereldgezondheidsorganisatie, Wereldorganisatie voor de intellectuele eigendom);
30. bedauert das fehlende Angebot konkreter Instrumente für europäische Unternehmen, insbesondere für KMU, zur wirksamen Bekämpfung der Verletzung der Rechte des geistigen Eigentums (RGE); begrüßt die Entscheidung der Kommission, eine Änderung der Richtlinie zur Durchsetzung der RGE vorzuschlagen; fordert die Kommission und die Mitgliedstaaten auf, die RGE in allen relevanten multilateralen Organisationen (WTO, Weltgesundheitsorganisation und Weltorganisation für geistiges Eigentum) stärker durchzusetzen;

8. verzoekt de EU en haar lidstaten op systematische en strategische wijze de bestaande regeling voor de rol en de institutionele vertegenwoordiging van de Unie in multilaterale organisaties te onderzoeken, alsmede te zoeken naar manieren waarop de externe vertegenwoordiging van de EU geleidelijk kan worden versterkt, in aansluiting op de omvang van haar bevoegdheden en de institutionele veranderingen van het Verdrag van Lissabon, ten gevolge waarvan er tussen de instellingen van de EU en de lidstaten een nieuw evenwicht is ontstaan; dringt er bovendien bij de EU en haar lidstaten op aan vast te stellen bij welke organen de bestaande regelingen verouderd, onregelmatig of inefficiënt zijn en heroverwogen en gewijzigd moeten worden; benadrukt daarom dat de uiteenlopende soorten status van de EU in multilaterale organisaties en verdragsprogramma's in het kader van de institutionele logica samenhangender moeten worden opgezet, en verzoekt de Raad een helder kader te formuleren;
8. fordert die EU und ihre Mitgliedstaaten auf, die derzeitigen Regelungen in Bezug auf Rolle und institutionelle Vertretung der Union in multilateralen Organisationen systematisch und strategisch zu überprüfen und Möglichkeiten zu finden, um die Außenvertretung der EU gemäß dem Umfang ihrer Zuständigkeiten und den institutionellen Neuerungen des Vertrags von Lissabon schrittweise zu stärken, wobei zwischen den Organen der EU und ihren Mitgliedstaaten eine neue Balance hergestellt werden muss; fordert die EU und ihre Mitgliedstaaten außerdem auf festzustellen, in welchen Instanzen die Status-quo-Regelungen veraltet, irregulär oder ineffizient sind und einer Überarbeitung und Veränderung bedürfen; betont daher die Notwendigkeit eines einheitlicheren Status der EU in multilateralen Organisationen und Vertragswerken, was eine Frage der institutionellen Logik ist, und fordert den Rat auf, dafür einen klaren Rahmen auszuarbeiten;

Zoals de heer Juncker goed weet, hebben we een strategie nodig ten aanzien van de multilaterale organisaties en ten aanzien van de andere belangrijke partijen waarmee we onze belangen kunnen verdedigen wat betreft onze munt en de Economische en Monetaire Unie, en waarmee we zodoende de economische belangen van de Europese Unie kunnen verdedigen.
Wie Herr Juncker sehr gut weiß, müssen wir in Bezug auf die multilateralen Organisationen und die anderen wichtigsten Beteiligten über eine Strategie verfügen, mit der wir unsere Interessen in Bezug auf unsere Währung und unsere Wirtschafts- und Währungsunion und damit gleichzeitig die wirtschaftlichen Interessen der Europäischen Union verteidigen können.

b) op geen enkele wijze verbonden zijn met organisaties die andere belangen verdedigen dan die van de militairen of gewezen militairen, of van hun rechthebbenden, met uitzondering van de vakorganisaties van de Belgische politiediensten en van de openbare hulp- en veiligheidsdiensten en van de internationale verenigingen van vakorganisaties die de belangen verdedigen van de buitenlandse militairen of gewezen militairen; de organisaties waarmee een band bestaat mogen door hun statuten, handelingen of programma geen inbreuk plegen op de principes van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden; voornoemde organisaties worden geacht alle noodzakelijke documentatie ter beschikking te stellen van de Minister van Landsverdediging;
b) in keiner Weise mit Organisationen verbunden sind, die andere Interessen vertreten als diejenigen der Militärpersonen oder ehemaligen Militärpersonen oder ihrer Anspruchsberechtigten, mit Ausnahme der Gewerkschaftsorganisationen der belgischen Polizeidienste sowie der öffentlichen Hilfs- und Sicherheitsdienste und der internationalen Vereinigungen von Gewerkschaftsorganisationen, die die Interessen der ausländischen Militärpersonen oder ehemaligen Militärpersonen vertreten; die Organisationen, mit denen eine Verbindung besteht, dürfen durch ihre Satzung, ihre Handlungen oder ihr Programm nicht gegen die Grundsätze der Europäischen Konvention zum Schutze der Menschenrechte und Grundfreiheiten verstossen; es wird davon ausgegangen, dass die vorerwähnten Organisationen dem Minister der Landesverteidigung alle erforderlichen Dokumente zur Verfügung stellen;

Het negende en het tiende middel in de zaak nr. 2780 zijn afgeleid uit de schending van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat in artikel 31 van de bestreden wet aan het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding alsmede aan verenigingen die vijf jaar rechtspersoonlijkheid genieten en die zich in hun statuten tot doel hebben gesteld de mensenrechten te verdedigen of discriminatie te bestrijden, de bevoegdheid wordt verleend om in rechte op te treden in alle rechtsgedingen waartoe de bestreden wet aanleiding kan geven, terwijl in een rechtsstaat de vervolging van misdrijven de bevoegdheid zou zijn van het openbaar ministerie, dat optreedt in het openbaar belang, en een verschil in behandeling in het leven zou worden geroepen ten aanzien van andere misdrijven, in de vervolging waarvan vergelijkbare groeperingen die bijvoorbeeld opkomen voor de belangen van de slachtoffers van die misdrijven, niet kunnen optreden.
Der neunte und der zehnte Klagegrund in der Rechtssache Nr. 2780 sind abgeleitet aus einem Verstoss gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, da in Artikel 31 des angefochtenen Gesetzes dem Zentrum für Chancengleichheit und Bekämpfung des Rassismus sowie Vereinigungen, die seit fünf Jahren die Rechtspersönlichkeit besässen und satzungsgemäss das Ziel verfolgten, die Menschenrechte zu verteidigen oder Diskriminierungen zu bekämpfen, die Befugnis verliehen werde, in allen Gerichtsverfahren, zu denen das angefochtene Gesetz Anlass geben könne, vor Gericht aufzutreten, während in einem Rechtsstaat für die Verfolgung von Straftaten die Staatsanwaltschaft zuständig sei, die im öffentlichen Interesse handele, und ein Behandlungsunterschied im Vergleich zu anderen Straftaten eingeführt werde, bei deren Verfolgung vergleichbare Gruppen, die beispielsweise für die Interessen der Opfer solcher Straftaten einträten, nicht auftreten könnten.

b) op geen enkele wijze verbonden zijn met organisaties die andere belangen verdedigen dan die van de militairen of gewezen militairen, of van hun rechthebbenden, met uitzondering van de vakorganisaties van de Belgische politiediensten en van de openbare hulp- en veiligheidsdiensten en van de internationale verenigingen van vakorganisaties die de belangen verdedigen van de buitenlandse militairen of gewezen militairen; de organisaties waarmee een band bestaat mogen door hun statuten, handelingen of programma geen inbreuk plegen op de principes van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden; voornoemde organisaties worden geacht alle noodzakelijke documentatie ter beschikking te stellen van de Minister van Landsverdediging;
b) in keiner Form an Organisationen gebunden sind, die andere Interessen als die des Militärpersonals, des ehemaligen Militärpersonals oder ihrer Anspruchsberechtigten vertreten, mit Ausnahme der Gewerkschaften der belgischen Polizeidienste und der öffentlichen Hilfs- und Sicherheitsdienste sowie der internationalen Vereinigungen von Gewerkschaften, die die Interessen der ausländischen Militärpersonen oder ehemaligen Militärpersonen vertreten; die Satzungen, Handlungen oder Programme der Organisationen, zu denen eine Verbindung besteht, dürfen nicht zu einem Verstoss gegen die Prinzipien der Europäischen Menschenrechtskonvention führen; von den o.a. Organisationen wird erwartet, dass sie alle notwendige Dokumentation dem Verteidigungsminister zur Verfügung stellen;