2. De ambtstermijn van de voorzitter en de vice-voorzitter bedraagt drie jaar en loopt af wanneer hun respectieve lidmaatschap van de raad van bestuur ten einde loopt.
(2) Die Amtszeit des Vorsitzenden und des stellvertretenden Vorsitzenden beträgt drei Jahre und endet in jedem Fall, wenn der Vorsitzende oder stellvertretende Vorsitzenden nicht mehr dem Verwaltungsrat angehört.