16. is van mening dat ieder kind dat beroofd wordt van zijn of haar vrijheid aanspraak moet kunnen maken op juridische en andere passende bijstand, alsmede het recht om de rechtmatigheid van de vrijheidsbeneming te betwisten ten overstaan van een rechter of een andere bevoegde instantie;
16. ist der Auffassung, dass jedes Kind, dem die Freiheit entzogen wurde, das Recht auf umgehenden Zugang zu einem Rechts- oder anderen geeigneten Beistand haben und die Rechtmäßigkeit des Freiheitsentzugs vor Gericht oder einer anderen zuständigen Behörde anfechten können sollte;