32. pleit ervoor dat meer belang wordt gehecht aan instrumenten voor macro-economisch toezicht en dringt erop aan dat er nauwere onderlinge relaties worden gelegd tussen macro- en micro-economische controlesystemen; pleit bij de nationale toezichthouders voor bundeling van middelen om per land/sector een controleteam te kunnen oprichten dat - waar nodig - waarschuwingen aan het bankwezen en de verzekeringssector kan doen uitgaan tegen excessieve blootstelling aan landen/sectoren waarvan is vastgesteld dat zij kwetsbaar zijn;
32. empfiehlt, dass den makroprudentiellen Politiken ein höherer Stellenwert eingeräumt wird, und fordert eine engere Verknüpfung von mikro- und makroprudentiellen Politiken; empfiehlt den nationalen Aufsichtsbehörden, ihre Ressourcen zusammenzulegen, um eine spezielle Einheit zur Überwachung eines Landes/Sektors aufzustellen, die erforderlichenfalls die Banken und Versicherungen vor einer zu starken Exponierung in als instabil identifizierten Ländern/Sektoren warnen könnte;