5. roept de Egyptische regering en autoriteiten opnieuw op de volledige eerbiediging van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden te waarborgen, met inbegrip van de rechten van de vrouw, de vrijheid van godsdienst, geweten en denken, de bescherming van minderheden en de strijd tegen discriminatie op grond van seksuele geaardheid, de vrijheid van vereniging en vreedzame vergadering, en de vrijheid van meningsuiting, pers en media, die essentiële componenten zijn van een diepgewortelde en ware democratie;
5. bekräftigt seine Forderung an Ägyptens Regierung und Behörden, die uneingeschränkte Achtung der Menschenrechte und der Grundfreiheiten einschließlich der Rechte der Frau, der Religions‑, Gewissens- und Gedankenfreiheit, des Minderheitenschutzes und des Verbots der Diskriminierung aufgrund der sexuellen Ausrichtung, der Vereinigungsfreiheit und des Rechts, sich friedlich zu versammeln, des Rechts auf freie Meinungsäußerung und der Redefreiheit sowie der Freiheit der Presse und der Medien sicherzustellen, die allesamt wesentliche Bestandteile einer vertieften und tragfähigen Demokratie sind;