De volgorde van en het tijdschema voor de inbedrijfstelling van de in het werkprogramma opgenomen systemen dienen gebaseerd te zijn op praktische en projectmatige overwegingen, zoals de spreiding van inspanningen en middelen, de koppeling tussen de projecten, de specifieke voorwaarden van elk systeem en de rijpheid van het project.
Reihenfolge und Zeitplan für die Inbetriebnahme der im Arbeitsprogramm vorgesehenen Systeme sollten auf praktischen Erwägungen des Projektmanagements beruhen, etwa auf der Streuung von Anstrengungen und Ressourcen, der Verbindung zwischen den Projekten, der spezifischen Voraussetzungen für jedes System und der Projektreife.