Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Afwijking van de wet
Bijzondere wet
Consulent wet maatschappelijke ondersteuning
Consulente wet maatschappelijke ondersteuning
Geldigheid van de wet
Goedkeuring van de wet
Gokwet
Gokwetgeving
Inbreuk op de wet
Medewerker sociale zekerheid
Medewerkster sociale zekerheid
Schending van de wet
Tenuitvoerlegging van de wet
Termijn voor toepassing van de wet
Toepassing van de wet
Verwerping van de wet
Voorwaarde voor toepassing
Wet
Wet interpreteren
Wet op de kansspelen
Wijze van toepassing van de wet
Zolang dit verzuim niet is hersteld

Traduction de «wet zolang » (Néerlandais → Allemand) :

TERMINOLOGIE
voir aussi les traductions en contexte ci-dessous
toepassing van de wet [ afwijking van de wet | geldigheid van de wet | inbreuk op de wet | schending van de wet | tenuitvoerlegging van de wet | termijn voor toepassing van de wet | voorwaarde voor toepassing | wijze van toepassing van de wet ]

Anwendung des Gesetzes [ Durchführung des Gesetzes | Durchführungsbestimmung | Gültigkeit des Gesetzes ]


zolang als de in lid l genoemde aanpassing niet is verwezenlijkt

bis zur Verwirklichung der in Absatz(I)vorgesehenen Anpassung


voor zover en voor zolang deze strikt noodzakelijk zijn ter

soweit und solange dies unbedingt erforderlich ist,um


zolang dit verzuim niet is hersteld

bis zur Behebung des Mangels




goedkeuring van de wet [ verwerping van de wet ]

Annahme des Gesetzes [ Ablehnung des Gesetzes ]


consulent wet maatschappelijke ondersteuning | medewerkster sociale zekerheid | consulente wet maatschappelijke ondersteuning | medewerker sociale zekerheid

Sachbearbeiterin - Sozialversicherung | Sozialversicherungsfachangestellter | Sachbearbeiter - Sozialversicherung | Sozialversicherungsfachangestellter/Sozialversicherungsfachangestellte






TRADUCTIONS EN CONTEXTE
Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 27 mei 2015 in zake Eduard Gaj tegen de gemeente Opglabbeek, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 28 mei 2015, heeft de Arbeidsrechtbank te Antwerpen, afdeling Tongeren, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schenden artikel 63 van de Arbeidsovereenkomstenwet van 3 juli 1978 en artikel 38 van de Wet Eenheidsstatuut van 26 dece ...[+++]

Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers F. Meersschaut, unter dem Vorsitz des Präsidenten E. De Groot, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 27. Mai 2015 in Sachen Eduard Gaj gegen die Gemeinde Opglabbeek, dessen Ausfertigung am 28. Mai 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Arbeitsgericht Antwerpen, Abteilung Tongern, folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstoßen Artikel 63 des Gesetzes vom 3. Juli 1978 über die Arbeitsverträge und Artikel 38 des ...[+++]


Zolang de echtgenoten geen ander stelsel hebben aangenomen of indien zij verklaren de wettelijke gemeenschap te handhaven, worden hun beheersbevoegdheden vanaf de inwerkingtreding van de wet geregeld door de bepalingen van deze wet » (Parl. St., Senaat, B.Z. 1974, nr. 683/2, p. 92) ».

Solange die Eheleute keine andere Regelung angenommen haben oder wenn sie erklären, die gesetzliche Gemeinschaft beizubehalten, werden ihre verwaltungsmäßigen Befugnisse ab dem Inkrafttreten des Gesetzes durch die Bestimmungen dieses Gesetzes geregelt » (Parl. Dok., Senat, Sondersitzungsperiode 1974, Nr. 683/2, S. 92).


Artikel 94, § 1, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen bepaalt in dat verband : ' Onverminderd het bepaalde in artikel 83, § 2 en 3, blijven de overheden die door de wetten en verordeningen met bevoegdheden belast zijn die onder de Gemeenschappen en de Gewesten ressorteren, die bevoegdheden uitoefenen volgens de procedures door de bestaande regels bepaald, zolang hun Parlementen en hun Regeringen die regels niet hebben gewijzigd of opgeheven '.

Artikel 94 § 1 des Sondergesetzes vom 8. August 1980 zur Reform der Institutionen bestimmt in diesem Zusammenhang: ' Unbeschadet der Bestimmungen von Artikel 83 §§ 2 und 3 üben die Behörden, die durch die Gesetze und Verordnungen in Angelegenheiten, die in die Zuständigkeit der Gemeinschaften und der Regionen fallen, mit Befugnissen betraut worden sind, diese Befugnisse weiterhin nach den durch die bestehenden Regeln festgelegten Verfahren aus, solange ihre Parlamente oder ihre Regierungen diese Regeln nicht abgeändert oder aufgehoben haben '.


De vaststellingen gesteund op materiële bewijsmiddelen die door onbemande automatisch werkende toestellen worden opgeleverd, hebben bewijskracht zolang het tegendeel niet bewezen is, wanneer het gaat om overtredingen van deze wet en haar uitvoeringsbesluiten vermeld in een in Ministerraad overlegd koninklijk besluit.

Feststellungen, die auf materiellen Beweisen beruhen, die durch in Abwesenheit eines befugten Bediensteten automatisch betriebene Geräte beigebracht werden, haben Beweiskraft bis zum Beweis des Gegenteils, wenn es sich um Verstöße gegen das vorliegende Gesetz und die zu seiner Ausführung ergangenen Erlasse handelt und diese Verstöße in einem im Ministerrat beratenen Königlichen Erlass erwähnt sind.


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
Zoals het van toepassing is op het voor de verwijzende rechter hangende geschil, bepaalt artikel 62 van de voormelde wetten : « De overheidspersonen die door de Koning worden aangewezen om toezicht te houden op de naleving van deze wet en haar uitvoeringsbesluiten, stellen de overtredingen vast door processen-verbaal die bewijskracht hebben zolang het tegendeel niet is bewezen.

In der auf den beim vorlegenden Richter anhängigen Streitfall anwendbaren Fassung bestimmt Artikel 62 der vorerwähnten Gesetze: « Bedienstete der Behörde, die vom König mit der Überwachung der Anwendung des vorliegenden Gesetzes und der zu seiner Ausführung ergangenen Erlasse beauftragt werden, stellen die Verstöße durch Protokolle fest, die Beweiskraft haben bis zum Beweis des Gegenteils.


Artikel 42, § 2, eerste lid, van de wet van 27 april 2007, in de interpretatie dat de artikelen 229, 231 en 232 van het Burgerlijk Wetboek enkel van toepassing blijven op de hoofdvorderingen tot echtscheiding op grond van bepaalde feiten die zijn ingeleid vóór de inwerkingtreding van die wet (zolang geen eindvonnis is geveld) en niet op de tegenvorderingen die op diezelfde gronden zijn ingeleid na de inwerkingtreding van die wet, is in strijd met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet.

Artikel 42 § 2 Absatz 1 des Gesetzes vom 27. April 2007 steht in der Auslegung, wonach die Artikel 229, 231 und 232 des Zivilgesetzbuches nur auf die Hauptklagen auf Ehescheidung aus einem bestimmten Grund, die vor dem Inkrafttreten dieses Gesetzes eingereicht wurden (solange kein Endurteil ergangen ist) anwendbar bleiben, und nicht auf Widerklagen, die aus den gleichen Gründen nach dem Inkrafttreten dieses Gesetzes eingereicht wurden, im Widerspruch zu den Artikeln 10 und 11 der Verfassung.


De tweede, de derde en de vierde prejudiciële vraag gaan, in tegenstelling tot de eerste prejudiciële vraag, uit van de interpretatie van artikel 42, § 2, eerste lid, van de wet van 27 april 2007 volgens welke de vroegere artikelen 229, 231 en 232 van het Burgerlijk Wetboek van toepassing blijven zowel op de vorderingen tot echtscheiding (zowel hoofdvorderingen als tegenvorderingen) die zijn ingeleid vóór de inwerkingtreding van die wet (zolang geen eindvonnis is geveld) als op de tegenvorderingen die na die datum (1 september 2007) zijn ingediend.

Die zweite, die dritte und die vierte präjudizielle Frage beruhen im Gegensatz zur ersten präjudiziellen Frage auf einer Auslegung von Artikel 42 § 2 Absatz 1 des Gesetzes vom 27. April 2007, wonach die ehemaligen Artikel 229, 231 und 232 des Zivilgesetzbuches sowohl auf Ehescheidungsklagen (sowohl Hauptklagen als auch Widerklagen), die vor dem Inkrafttreten dieses Gesetzes eingereicht wurden (solange kein Endurteil ergangen ist), als auch auf Widerklagen, die nach diesem Datum (1. September 2007) eingereicht wurden, anwendbar bleiben.


- Artikel 42, § 2, eerste lid, van de wet van 27 april 2007 betreffende de hervorming van de echtscheiding schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in de interpretatie dat de vroegere artikelen 229, 231 en 232 van het Burgerlijk Wetboek enkel van toepassing blijven op de hoofdvorderingen tot echtscheiding op grond van bepaalde feiten die zijn ingeleid vóór de inwerkingtreding van die wet, zolang geen eindvonnis is uitgesproken, en niet op de tegenvorderingen die op die gronden worden ingeleid na die inwerkingtreding.

- Artikel 42 § 2 Absatz 1 des Gesetzes vom 27. April 2007 zur Reform der Ehescheidung verstösst gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, wenn er dahingehend ausgelegt wird, dass die früheren Artikel 229, 231 und 232 des Zivilgesetzbuches nur auf Hauptklagen auf Ehescheidung aus einem bestimmten Grund, die vor Inkrafttreten dieses Gesetzes eingeleitet worden sind, solange noch kein Endurteil verkündet worden ist, und nicht auf nach diesem Inkrafttreten auf dieser Grundlage eingeleitete Widerklagen anwendbar bleiben.


Artikel 42, § 2, eerste lid, van de wet van 27 april 2007, in de interpretatie dat de artikelen 229, 231 en 232 van het Burgerlijk Wetboek enkel van toepassing blijven op de hoofdvorderingen tot echtscheiding op grond van bepaalde feiten die zijn ingeleid vóór de inwerkingtreding van die wet (zolang geen eindvonnis is geveld) en niet op de tegenvorderingen die op diezelfde gronden zijn ingeleid na de inwerkingtreding van die wet, is in strijd met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet.

Artikel 42 § 2 Absatz 1 des Gesetzes vom 27. April 2007 steht in der Auslegung, wonach die Artikel 229, 231 und 232 des Zivilgesetzbuches nur auf die Hauptklagen auf Ehescheidung aus einem bestimmten Grund, die vor dem Inkrafttreten dieses Gesetzes eingereicht wurden (solange kein Endurteil ergangen ist) anwendbar bleiben, und nicht auf Widerklagen, die aus den gleichen Gründen nach dem Inkrafttreten dieses Gesetzes eingereicht wurden, im Widerspruch zu den Artikeln 10 und 11 der Verfassung.


4 de natuurlijke groeiplaatsen van gemeenschappelijk belang bedoeld in artikel 1bis van de wet van 12 januari 1973 op het natuurbehoud en voorgesteld in de zin van artikel 25, § 1, van voormelde wet, zolang ze niet het voorwerp zijn van een aanwijzingsbesluit genomen overeenkomstig artikel 26 van dezelfde wet;

4 die natürlichen Lebensräume von gemeinschaftlichem Interesse, die in Artikel 1bis des Gesetzes vom 12. Juli 1973 über die Erhaltung der Natur erwähnt und im Sinne von Artikel 25, § 1, des besagten Gesetzes vorgeschlagen worden sind, soweit sie nicht durch einen in Anwendung von Artikel 26 desselben Gesetzes verabschiedeten Bezeichnungserlass gedeckt sind;


w