2. Bij de selectie en aanstelling van een derde aan wie overeenkomstig artikel 21, lid 11, van Richtlijn 2011/61/EU bewaarnemingstaken worden gedelegeerd, gaat een bewaarder met de nodige bekwaamheid, zorg en zorgvuldigheid te werk om te garanderen dat het toevertrouwen van financiële instrumenten aan deze derde in een adequaat niveau van bescherming resulteert.
(2) Bei der Auswahl und Bestellung eines Dritten, dem gemäß Artikel 21 Absatz 11 der Richtlinie 2011/61/EU Verwahrfunktionen übertragen werden, geht die Verwahrstelle mit der gebotenen Sachkenntnis, Sorgfalt und Gewissenhaftigkeit vor, um sicherzustellen, dass hinsichtlich Finanzinstrumenten, die diesem Dritten anvertraut werden, ein geeigneter Schutzstandard gegeben ist.