De verzoekende partijen betwisten de tussenkomst van de vakorganisaties omdat zij niet het bewijs voorleggen van de beslissing van het bevoegde orgaan om in de rechtspleging tussen te komen, omdat zij als dusdanig geen kandidaat zijn bij de sociale verkiezingen en omdat hun rechten door een eventuele vernietiging niet in het gedrang zouden komen, aangezien hun leden nog steeds volgens dezelfde procedure zullen kunnen deelnemen aan de sociale verkiezingen na vernietiging van de bestreden wetsbepalingen.
Die klagenden Parteien fechten die Intervention der Gewerkschaftsorganisationen deshalb an, weil diese nicht den Beweis des Beschlusses ihres befugten Organs zum Verfahrensbeitritt vorlegten, weil sie als solche keine Kandidaten bei den Sozialwahlen seien und weil ihre Rechte durch eine etwaige Nichtigerklärung nicht gefährdet würden, da ihre Mitglieder weiterhin nach dem gleichen Verfahren an den Sozialwahlen teilnehmen könnten nach der Nichtigerklärung der angefochtenen Gesetzesbestimmungen.