3. Indien een onderneming voor rekening van derden goederenvervoer over de weg verricht en ook andere activiteiten verricht waarvoor het plafond van 200 000 EUR geldt, is het plafond van 200 000 EUR van toepassing op de onderneming, mits de betrokken lidstaat, met passende middelen zoals een scheiding van de activiteiten of een uitsplitsing van de kosten, ervoor zorgt dat het voordeel voor de activiteit van het goederenvervoer over de weg niet meer dan 100 000 EUR bedraagt en dat de de-minimisssteun niet wordt gebruikt voor de aanschaf van vervoermiddelen voor goederenvervoer over de weg.
3. If an undertaking performs road freight transport for hire or reward and also carries out other activities to which the ceiling of EUR 200 000 applies, the ceiling of EUR 200 000 shall apply to the undertaking, provided that the Member State concerned ensures, by appropriate means such as separation of activities or distinction of costs, that the benefit to the road freight transport activity does not exceed EUR 100 000 and that no de minimis aid is used for the acquisition of road freight transport vehicles.