I. overwegende dat het van essentieel belang is dat de lopende onderhandelingen over RTA's in het kader van de ontwikkelingsagenda van Doha (DDA) meer duidelijkheid brengen in de bepalingen over de flexibiliteit die reeds in het WTO-bestel aanwezig is en de relatie tussen art. XXIV van de GATT en de "Enabling Clause", en dat wordt nagegaan in hoeverre de WTO-regels reeds rekening houden met uiteenlopende ontwikkelingsniveaus van de RTA-partijen en van welke bepalingen ontwikkelingslanden gebruik kunnen maken tijdens de overgangsfase of de tenuitvoerlegging van RTA's; betuigt derhalve steun aan de voorlegging van een bijdrage over regionale handelsovereenkomsten van de Europese Gemeenschap en de lidstaten aan de WTO-onderhandelingsgroep re
...[+++]gelgeving in juli 2002,
I. whereas it is essential that ongoing DDA negotiations on RTAs should clarify provisions on the flexibilities that already exist within the WTO framework and the relationship between Article XXIV of the GATT and the "Enabling Clause," and should examine the extent to which WTO rules already take into account different levels of development between RTA parties and the provisions available to developing countries during the transitional or implementation of RTAs; and therefore supports the Submission on Regional Trade Agreements by the EC and its Member States to the WTO Negotiation Group on Rules in July 2002,