7. merkt op dat Prüm voor steeds meer lidstaten een routine-instrument is geworden bij grensoverschrijdende politiële samenwerking en onderzoeken naar misdrijven; betreurt dat verscheidene lidstaten aanzienlijke vertraging hebben opgelopen bij de tenuitvoerlegging van het Prüm-besluit; is het met de Commissie eens dat pas kan worden overgegaan tot een verdere ontwikkeling van het instrument, wanneer het instrument volledig ten uitvoer is gelegd; verzoekt de betrokken lidstaten het Prüm-besluit volledig en naar behoren ten uitvoer te leggen, zodat het optimaal kan worden ingezet;
7. Takes note that, for a growing group of Member States, Prüm has become a routine tool in cross-border police cooperation and crime investigation; regrets the considerable delays in the implementation of the Prüm Decision in several Member States; agrees with the Commission that further development of the instrument should not be considered before full implementation has been achieved; calls on the Member States concerned to implement the Prüm Decision fully and properly so that it can be used to its maximum extent;