2. Het bevoegde orgaan van een Lid-Staat waarvan de wettelijke regeling voorziet in het dragen van de kosten van vervoer van het stoffelijk overschot van de getroffene naar de begraafplaats, neemt de kosten van vervoer naar de begraafplaats op het grondgebied van een andere Lid-Staat, waarop de getroffene op het tijdstip van het ongeval woonde, voor zijn rekening, volgens de door dit orgaan toegepaste wettelijke regeling.
2. The competent institution of a Member State whose legislation provides for the costs of transporting the body of a person killed in an accident at work to the place of burial shall, in accordance with the legislation which it administers, meet such costs to the corresponding place in the territory of another Member State where the person was residing at the time of the accident.