In zijn arrest heeft het Hof de term «overeenkomst» (artikel 218 van het VWEU) in ruime zin opgevat en is het van mening dat de verklaring een «internationale overeenkomst» is, hoewel het gaat om een unilaterale verklaring waarin de voorwaarden waaronder de Venezolaanse vaartuigen de visbestanden in de exclusieve economische zone van Frans-Guyana mogen exploiteren, niet worden opgesomd en niet worden gepreciseerd.
In its judgment, the ECJ interpreted the declaration as an ‘international agreement’, and considered the term ‘agreement’ (Article 218 TFEU) in its broadest sense, although the declaration was unilateral and does not allocate or explain the conditions under which Venezuelan vessels may exploit the fishery resources of the EEZ of French Guiana.