(i) overwegende dat praktijken van agressieve fiscale planning soms voortkomen uit de cumulatieve voordelen van door de verschillende lidstaten gesloten verdragen ter voorkoming van dubbele belastingheffing, die onbedoeld resulteren in dubbele niet-belastingheffing; overwegende dat de toename van het aantal verdragen ter voorkoming van dubbele belastingheffing tussen individuele lidstaten en derde landen kan leiden tot mogelijke nieuwe mazen in de wetgeving; overwegende dat het, in lijn met actie 15 van het OESO/G20 BEPS-project, noodzakelijk is om een multilateraal instrument voor de wijziging van bilaterale belastingverdragen te ontwikkelen; overwegende dat de Commissie het mandaat moet krijgen om namens de Unie met derde landen te ond
...[+++]erhandelen over belastingovereenkomsten, in plaats van de huidige praktijk waarbij bilaterale onderhandelingen worden gevoerd die tot niet-optimale resultaten leiden; overwegende dat de Commissie moet waarborgen dat dergelijke overeenkomsten wederkerigheidsbepalingen bevatten, evenals maatregelen ter voorkoming van nadelige effecten op burgers en bedrijven van de Unie, met name kmo´s, als gevolg van de extraterritoriale toepassing van wetgeving van derde landen binnen het rechtsgebied van de Unie en haar lidstaten; (i) whereas aggressive tax planning practices may sometimes arise from the cumulative benefits of double taxation treaties concluded by different Member States, perversely resulting in double non-taxation instead; whereas the proliferation of double tax treaties signed up to by individual Member States with third countries may lead to opportunities for new loopholes; whereas, in line with Action 15 of the OECD/G20 BEPS project, there is a need to develop a multilateral instrument for amending bilateral tax treaties; whereas the Commission should be mandated to negotiate tax agreements with third countries on behalf of the Union instead of the current practice under which bilateral negotiations are conducted, which produce sub-optimal res
...[+++]ults; whereas the Commission should ensure that such agreements contain reciprocity provisions and prohibit any adverse impact on Union citizens and businesses, in particular SMEs, resulting from the extraterritorial application of third country legislation within the jurisdiction of the Union and its Member States;